Ik blijf het elke dag weer bijzonder vinden: dat geneeskrachtige kruiden gewoon vlakbij ons huis groeien. De natuur biedt ons een apotheek om de hoek – als je maar weet hoe je ermee omgaat.

Ga je zelf aan de slag met wildplukken? Dan zijn er een aantal belangrijke richtlijnen waar je écht rekening mee moet houden. Niet alleen voor je eigen veiligheid, maar ook uit respect voor de natuur.

Wat neem je mee tijdens het wildplukken?

• Een snoeischaar: hiermee oogst je netjes en zonder de plant onnodig te beschadigen.

• Een katoenen tasje of doek: vermijd plastic zakjes, want daar worden kruiden snel vochtig en slap in.

Waar pluk je liever niet?

• Minstens 15 meter van een autoweg: uitlaatgassen en opspattend vuil maken planten hier ongeschikt.

• Niet in smalle bermen: door hond- en kattenplas kunnen deze plekken vervuild zijn.

• In het bos? Pluk vanaf knie- of heuphoogte om risico op vossenlintworm te vermijden.

Herken je kruid 100%

Identificatie is essentieel. Gebruik minstens twee verschillende bronnen om zeker te weten dat je het juiste kruid hebt. Weet je het niet zeker? Laat de plant dan met rust.

Pluk met dankbaarheid

De natuur geeft veel, maar vraagt ook om respect en bewustzijn. Voel dankbaarheid terwijl je plukt. Je kunt zelfs in gedachten aan de plant vragen of je mag oogsten. Voelt het niet goed? Loop dan door.

Eerlijk oogsten: zo doe je dat

• Nooit meer dan 10% van de plant oogsten. Zie je 10 bloemschermen? Pluk er dan 1.

• Wortels oogsten? Neem slechts een klein stukje en laat de rest netjes achter.

• Wacht op de bijen en hommels – deel de natuur.

• Pluk alleen wat je gaat gebruiken.

• Is je kruidenproduct klaar? Composteer de restanten als het kan.

Let op het juiste seizoen

Pluk alleen wanneer de plant op zijn krachtigst is. Download hier mijn pluk-kalender om voorbereid op pad te gaan.

Liefs,
Jet